Hechtingsproblematiek

Hechtingsproblematiek verwijst naar verstoorde manieren van verbinding aangaan met anderen. Dit zie je voornamelijk in relaties, vriendschappen of werk. De hechtingsstijlen die niet veilig zijn geweest kennen diverse vormen waaronder:

  • Angstig gehecht (bang voor verlating, veel bevestiging nodig)
  • Vermijdend gehecht (afstand houden, onafhankelijkheid als schild)
  • Gedesorganiseerd gehecht (trek-duw dynamieken, innerlijke chaos)
  • Onveilig gehecht (combinatie van bovenstaanden, zonder veilige basis)

 

Hechtingsproblematiek heeft als mogelijke oorzaken:

  1. Symbiose trauma: De allervroegste verstoring in de symbiotische fase (0-2 jaar), waar het kind nog geen duidelijk zelfgevoel heeft. Dit is trouwens ook de reden waarom we geen baby's in artificiële baarmoeders willen laten opgroeien omdat symbiosetrauma een grote kans geeft op persoonlijkheidsstoornissen in het cluster B: Narcisme, Borderline of de afhankelijke persoonlijkheidsstoornis. Symbiosetrauma geeft geen stevig innerlijk fundament. Geen basisveiligheid. Je raakt jezelf makkelijk kwijt in relaties, of sluit je juist af.
  2. Verstoringen in latere hechtingsfasen: Bijvoorbeeld: ouders die later emotioneel onvoorspelbaar worden, scheidingen, verlies, pesten, onveiligheid in de leefomgeving, parentificaties emotioneel arme opvoeding, ouders met eigen hechtingsproblematiek. Gevolg: je leert dat relaties onveilig zijn, maar je kunt wel een min of meer ontwikkeld zelfgevoel hebben.
  3. Trauma’s buiten het gezin: Denk aan medische trauma’s, adoptie, institutionele zorg, oorlog, migratie. Deze kunnen hechtingsproblemen versterken of veroorzaken.

Op deze website zal ik ook omtrent dit onderwerp artikelen plaatsen en kun je onder de blogs ook vragen stellen.